6 maart 2015

Eerste onderhandelaarsresultaat over arbeidsvoorwaarden

De vakbonden voor defensiepersoneel en de minister van Defensie hebben 3 maart jl. een eerste stap gezet naar een Arbeidsvoorwaardenakkoord 2015. Er ligt een 1e deelresultaat dat ter beoordeling aan de leden wordt voorgelegd. Hierin wordt uitgegaan van het verhogen van het loon met 0,8 procent. Dit geld is beschikbaar gekomen door de versobering van de pensioenen per 1 januari 2015. Dit resultaat sluit dus niet aan op het einde van het laatste arbeidsvoorwaardenakkoord. Verder is er een oplossing voor het AOW-gat voor militair- en burgerpersoneel. Voor de veelomvattende Agenda van de Toekomst is een eerste fundament op papier gezet. Onder andere m.b.t. het carrièreperspectief van militairen, een nieuwe diensteinderegeling en een nieuwe pensioenregeling.

Om het 1e resultaat naar waarde te kunnen schatten, is het van belang om op de hoogte te zijn van enkele achtergronden.

Deze uitkomst moet gezien worden als een eerste stap op weg naar een verder uitgewerkt arbeidsvoorwaardenakkoord. Het is een 1e deelresultaat (zie de bijlage onderaan dit artikel) dat op het gebied van de agenda van de toekomst nog doorontwikkeld moet worden. De afspraken over de looneffecten en oplossing voor het AOW-gat zijn in die zin harder. Wat er nu ligt is voor een groot deel nog slechts het fundament waarop als het ware een huis gebouwd en dan ingericht moet worden. Dat is de reden waarom veel teksten over de Agenda van de Toekomst nog weinig concreet zijn en veel open einden kennen.

Pijnlijke dossiers
Door de economische ontwikkelingen van de afgelopen jaren en meerdere wettelijke maatregelen, waaronder ook een meerjarige nullijn, ontkomen we er niet aan om stappen te maken rond lastige en soms pijnlijke dossiers. Zoals bijvoorbeeld de diensteinderegeling en de pensioenregeling. Dit is nodig omdat niets doen vooral de groep jongeren en komende generaties extreem hard zal raken. Onze inzet is om ook hen zoveel mogelijk te vrijwaren van de financiële gevolgen van wettelijke maatregelen. Er is namelijk geen enkele garantie dat de problemen zich vanzelf oplossen als we niets doen.

Brede toekomstvisie
Het ging tijdens de onderhandelingen niet alleen over loonontwikkeling. Er is ook een fundament neergelegd voor de toekomst. Daarin is aandacht besteed aan het flexibel personeelssysteem, de diensteinderegeling, het pensioenstelsel en het loongebouw. In de doorontwikkeling hiervan wordt ingezet op samenhangende regelingen met maximale flexibiliteit en voldoende keuzemogelijkheden. Onder andere om je carrière vorm te geven en keuzes te kunnen maken die passen bij de levensfase. Weliswaar is er nog geen definitieve keuze voor een pensioenregeling gemaakt, maar er komt zeker een nieuwe. Deze pensioenregeling moet zorgen dat er ook in de toekomst een fatsoenlijk pensioen voor militairen zal zijn, dat aansluit op het FPS en de nieuwe diensteinderegeling. Maar in de eerste plaats zullen al deze regelingen recht moeten doen aan de bijzondere positie van militairen.

Salarisverhoging: geen loonontwikkeling
Goed, wat zijn de concrete resultaten? Allereerst de salarisverhoging van 0,8 procent per 1 januari 2015. Voor de goede orde: dat is géén nieuw arbeidsvoorwaardengeld. Als gevolg van de wettelijke versobering van de pensioenen is namelijk bestaand arbeidsvoorwaardengeld vrijgevallen. Het is geld dat Defensie anders aan het werkgeversdeel van de pensioenpremie had besteed. En met dit vrijgevallen geld, dat toch al voor u bestemd was, wordt nu uw salaris licht verhoogd.
De 0,8 procent is dus een sigaar uit eigen doos die u eerder oprookt dan oorspronkelijk was bedoeld. Daarbij moet eerlijkheidshalve ook worden opgemerkt dat door het naar voren halen van dit geld in de tijd, het een kleiner sigaartje is geworden dan wanneer u deze in uw pensioen had kunnen oproken. Daarom bestempelen we deze salarisverhoging niet als een loonontwikkeling, maar als een inkomenseffect. Over de loonontwikkeling (nieuw arbeidsvoorwaardengeld) konden de Centrales het met Defensie niet eens worden. Daarover moet na de afronding van dit eerste deelresultaat met de Minister verder worden onderhandeld.

Nader uit te werken afspraken:

Voorziening AOW-gat per 1 oktober
Voor militairen komt er een voorziening voor het AOW-gat. Deze moet op 1 oktober 2015 in werking treden. In de definitieve uitwerking van de voorziening moet nog wel over de details worden gesproken.

Agenda van de Toekomst
Het flexibel personeelssysteem wordt beter afgestemd op de behoeften en talenten van militairen. Zij krijgen bijvoorbeeld een persoonsgebonden budget voor opleidingen etcetera.

Diensteinderegeling
Er komt een nieuwe diensteinderegeling. Defensie en de Centrales maken afspraken om het vrijwillig langer doorwerken door militairen te bevorderen. Het recht op UGM-uitkering gaat vijf jaar voor de AOW-leeftijd in, en beweegt daardoor dus mee met de AOW leeftijd. Hierdoor ontstaat er in de toekomst geen nieuw AOW-gat. Er worden nog criteria ontwikkeld waardoor het recht op UGM eerder danwel later in kan gaan. De rechten van mensen die in een overgangsregeling zitten vanwege eerdere ophogingen van het leeftijdsontslag worden gerespecteerd (zie artikel 39a van het AMAR). Eerder afspraken, zoals bv. het inverdienen, zullen worden meegenomen in het vormgeven van de nieuwe regeling.

Pensioenstelsel-loongebouw
De Centrales en Defensie beogen een toekomstbestendig pensioenstelsel in te richten dat robuust en beheersbaar is, en nauwe aansluiting vindt bij het personeelssysteem van Defensie en het verloop van de militaire loopbaan. Daarnaast moet het stelsel zorgen voor een evenwichtige pensioenopbouw voor alle generaties. Het stelsel gaat richting een Defensie pensioenstelsel dat de backservicekosten (nabetalingen om loonstijgingen en bevorderingen te compenseren) én de huidige hoge franchise verlaagt (franchise is het deel waarover je geen premie betaalt omdat je over dat bedrag al AOW-krijgt). Pensioenleeftijd en AOW-leeftijd komen structureel samen te vallen.

Burgerpersoneel
Partijen hebben vastgesteld dat de bestaande mogelijkheden voor burgerpersoneel op het gebied van talentontwikkeling, scholing en mobiliteit nog onvoldoende benut worden. Burgerpersoneel moet beter in staat zijn om de eigen loopbaan vorm te geven en ervoor te zorgen dat kennis en capaciteiten blijven aansluiten bij wat door Defensie en andere werkgevers wordt gevraagd. Om dit te bevorderen kiest Defensie er zelf voor om voor het burgerpersoneel loopbaanbegeleiders beschikbaar te stellen. Verder zal het management development verder worden doorontwikkeld. Daarnaast zullen de mogelijkheden worden verkend om in samenwerking met het bedrijfsleven het aantal werkervaringsplaatsen te vergroten. Voor het burgerpersoneel zullen de bestaande belemmeringen om tot op de AOW-gerechtigde leeftijd door te werken worden weggenomen.

Klik hier voor de eerste reactie van de MARVER over het eerste onderhandelaarsresultaat.

Nadere duiding van alle onderwerpen treft u binnenkort op de website aan.

De tekst van het onderhandelaarsresultaat is hieronder te downloaden.

onderhandelingsresultaat_d.d._3_maart_2015.pdf

Meer over:
SOD
C&R