2 juli 2021

Witboek over werkdruk in publieke sector

Zeven verhalen over de hoge werkdruk en structurele onderwaardering in de publieke sector staan centraal in een witboek dat de ACOP (MARVER, AFMP en FNV Overheid) en het AC (o.a. VBM) op 22 juni hebben aangeboden aan diverse Kamerleden in Den Haag. De schrijnende verhalen zijn in het witboek onderbouwd met cijfers en aangevuld met oplossingen.

Met de campagne #steunpubliekesectornu brengen de gezamenlijke bonden sinds februari van dit jaar de onderwaardering van de mensen in de publieke sector onder de aandacht. Zo waren er laserprojecties op overheidsgebouwen en universiteiten, kregen verschillende bestuurders en politici een manifest aangeboden en was er op 19 mei een manifestatie op het Malieveld in Den Haag. De nieuwste actie in het kader van #steunpubliekesectornu was dus de overhandiging van een witboek, een document dat beschrijft hoe met bepaald overheidsbeleid een specifiek probleem kan worden opgelost. In het witboek roepen de bonden de formerende politieke partijen op om het roer nu om te gooien en eens echt te gaan investeren in een sterke overheid. “Dit is in het belang van de medewerkers én in het belang van Nederland. Want ook de regering steunt op de bijna 1 miljoen medewerkers die ons land draaiende houden.”

Portretten
Via persoonlijke portretten van medewerkers uit de publieke sector, zoals een militair, een docent en een politieagent, schetst het witboek de belangrijkste problemen waarmee zij op de werkvloer worden geconfronteerd. Door bezuinigingen en vastgelopen cao-onderhandelingen hebben werknemers in de publieke sector te maken met flinke onderbezetting, onderbetaling, hoge werkdruk, verouderde systemen, baanonzekerheid en (zeer) geringe waardering.

Harde cijfers
Harde cijfers onderschrijven de in het witboek genoemde problemen. Deze cijfers staven bijvoorbeeld de hoge uitstroom binnen Defensie. Defensiemedewerkers verdienen elders namelijk vaak meer dan binnen de krijgsmacht. Ook tonen waarderingscijfers aan dat maar liefst 66 procent van het personeel weinig tot geen plezier meer heeft in het werk.